Werkt meditatie écht of is het zweverig tijdverlies? De Vlaamse topneuroloog Steven Laureys doet al jaren onderzoek naar de effecten van meditatie op de hersenen. En onlangs schreef hij er een praktisch boek over, het No-nonsense meditatieboek.

In zijn onderzoek plaatste hij onder meer het brein van meditatie-expert Matthieu Riccard onder zijn scanner. De resultaten waren spectaculair: Riccard wist zijn gedachtestroom op commando nagenoeg helemaal stil te leggen. Tijdens eerder onderzoek toonde Riccard al het hoogste vermogen tot geluk dat ooit werd gemeten.

Laureys: “Je hoeft helemaal geen monnik of neuroloog zijn om de positieve veranderingen van meditatie te ervaren. Meditatie kan het leven van iedereen veranderen”.  De neuroloog legt in dit boek haarfijn uit hoe dat werkt. Hij biedt inzicht in de werking van meditatie en de effecten ervan op lichaam en geest. Daarnaast stimuleert hij de lezer aan de hand van een aantal toegankelijke oefeningen om zelf te mediteren. Tien minuten per dag kunnen al een significant verschil maken. Minder stress en angst, een positieve impact op het immuunsysteem en een scherpere focus zijn slechts enkele bewezen voordelen.

Onmeetbaar
Dat een neuroloog een boek over meditatie schrijft is bijzonder. Meditatie wordt in medische kringen vaak weggezet als vaag en onmeetbaar. In weekblad Knack zegt Laureys: “Ik ken weinig ziektebeelden die niet verergerd worden door stress. Maar als je meditatie voorstelt om die nochtans goed geïdentificeerde risicofactor te behandelen, wordt dat nog vaak weggelachen. Ik heb in mijn medische studies nooit iets over meditatie geleerd, en zelfs in de psychologie is het zoeken met een vergrootglas.”